De vlag van de Haarlemsche Jachtclub heeft een driehoekige vorm met een hoogte-lengte verhouding van 2 op 3.
De vlag is rood met een wit staand kruis over de gehele hoogte, in het middelpunt van het witte kruis een gele ster met vijf punten op zwarte ruit.
De HJC vlag wordt in de vlaggemast gehezen tijdens de seizoensopening. De vlag wordt gestreken tijdens de seizoenssluiting. Na strijking wordt de vlag door de voorzitter uitgereikt aan een persoon die volgens hem het afgelopen jaar het meest verdienstelijk is geweest voor hem of de HJC.
De Nederlandse vlag wordt iedere dag gehezen om 08.00 uur en gestreken bij zonsondergang. (maar niet later dan 21.00 uur)
Van seizoensluiting tot seizoenopening wordt de vlag niet gehezen.
Tijdens Koningsdag wordt de Nederlandse vlag gehezen in combinatie met een oranje wimpel.
Ten teken van rouw wordt de nationale vlag halfstok gehesen. Rouw wordt bijv. aangenomen bij overlijden van een lid van het Koninklijk Huis of op aanwijzing van het bestuur van de HJC.
De HJC vlag is ontworpen in het oprichtingsjaar 1917. In het eerste jaar van het bestaan van de HJC was de naam HZV (Haarlemsche Zeilvereniging). Maar omdat de toenmalige penningmeester een motorvlet aanschafte werd de naam HZV gewijzigd in Haarlemsche Jachtclub HJC. Er zijn diverse ontwerpen geweest, maar alleen de bovenste is daadwerkelijk uitgevoerd. De HJC vlag is gebaseerd op het gemeente wapen van Haarlem. De kleuren daarvan zijn gebruikt, het witte kruis slaat op het zwaard en de ster op de sterren in het gemeente wapen.
De HJC-vlag (ook wel standaard genoemd) mag uitsluitend worden gevoerd door leden van de vereniging welke in de verenigingsadministratie als zodanig zijn ingeschreven. De vlag is te verkrijgen bij de havenmeester.
De algemene regels voor het voeren van de standaard zijn:
- In de top van de hoogste mast, in ieder geval hoger dan de nationale vlag.
- Op ronde– en platbodemjachten direct onder de waker of vleugel aan de mastkloot op de trommelstok.
- Wanneer de standaard niet aan de (hoogste) mast kan worden gevoerd in verband met de aanwezigheid van windvaantjes, antennes, electronica, radar e.d. kan deze in het bakboord want of onder de bakboord zaling worden gevoerd. De standaard behoort echter altijd hoger te staan dan de nationale vlag. Indien de onderste bakboord zaling daarvoor te laag is (b.v. bij een kits of yawl) moet een hogere zaling dienst doen.
- De driekante standaard mag slechts als geusvlag voorop de boeg gevoerd worden op motorvaartuigen zonder mast, wherry's, sloepen, vletten e.a. In alle andere gevallen voert men de standaard in de aanwezige mast.
- Bij meerdere lidmaatschappen voert men geen tweede clubvlag onder de eerste. Doe je mee aan een evenement van een andere vereniging of haven, waarvan je lid bent, dan haal je de eerste standaard weg en hijs je de nieuwe.
Bestuursleden en ereleden hebben het recht bijzondere HJC-vlaggen te voeren en wel als volgt:
De voorzitter: de HJC-vlag in rechthoekige uitvoering.
De vicevoorzitter: de HJC-vlag in rechthoekige uitvoering met één ronde witte stip in de broektop.
Overige bestuursleden: de HJC-vlag in rechthoekige uitvoering met twee ronde witte stippen in de broektop en de broekhoek.
Ereleden: de HJC-vlag in rechthoekige uitvoering met een rechthoekig split in het uitwaaiende gedeelte.
Nationale vlaggen worden slechts gevoerd zolang het jacht 'in dienst' is, d.w.z. zolang de eigenaar of een door hem aangewezen vertegenwoordiger aan boord is. Nationale vlaggen mogen het water nooit raken, mogen niet vuil of gerafeld zijn.
De beleefdheidsvlag hoort aan stuurboord onder de eerste zaling. De vlag mag alleen tegelijkertijd met de natievlag gevoerd worden. De beleefdheidsvlag is de vlag van het land waar je op dat moment verblijft. In Nederland is de gewoonte ontstaan om per bezochte provincie een kleine provincievlag te voeren. Je voert hem overdag en alleen samen met de natievlag.